Oudjes
Oudjes

Wat zullen we doen: ‘ouderen’ of ‘senioren’ gebruiken als we het over 65-plussers hebben? Onlangs was er weer eens een discussie over. ‘Senioren’ zou vriendelijker klinken. Minder oud. Niet alle 65-plussers voelen zich thuis bij ‘ouderen’, begreep ik. Overgevoelig? Overdreven om aan forever young te willen doen op je 80e? Bij ‘jongeren’ heb je deze discussies en gevoeligheden nooit. Wat een gedoe. Wat maakt het uit. Ouderen zijn toch gewoon oud. En ik kan het weten, als 76-jarige.   

Mis! Het blijkt heel veel uit te maken hoe 65-plussers worden genoemd en of zij zich door de gebruikte benaming wel aangesproken of uitgenodigd voelen.                                                                             

Alweer een poosje geleden meldde dagblad TROUW dat uit onderzoek gebleken is dat veel 55-plussers niet zijn voorbereid op de komende levensfase, op zorg die mogelijk nodig zal zijn en een bijpassende woning. Er stond een artikel bij onder de kop ‘Probeer ertoe te doen, ook al bent u met pensioen’. De redacteuren van de artikelenserie introduceerden ook het begrip yep, ‘young elderly person’ voor burgers vanaf de pensioenleeftijd tot ongeveer 80 jaar. Een yup dus, maar dan ouder. Er kwam een berg kritiek. Weer een Engelse term! De redactie schrijft een prijsvraag uit voor een betere term. Daarna publiceert de krant artikelen van yeps die al een keuze voor hun nieuwe levensfase gemaakt hebben en bezig zijn met een wooncomplex of andere stappen zetten op het pad van de zelfbewuste yep. Het zijn vitale, veerkrachtige, positieve ouderen die de handen uit de mouwen steken. Echte voorbeeld-yeps dus.

En dan de uitslag van de prijsvraag: ‘vitalo’ heeft gewonnen. Een term uit de turbotaal die nieuw is, associaties opwekt met vitaal en het aangename Zuid-Europese dolce vita. Ook weer niet goed natuurlijk! Want overdreven opgewekt, te vitaal ook. Hoe noemen we de 80-plussers dan? Wat als vitaal en actief van lijf en leden niet bij je passen? Maar, denk ik dan, vitaal en actief in je hoofd wel? Yep en vitalo gaan uit van een maakbaar leven, terwijl het nu juist de kunst is om te leren omgaan met veroudering en met wat er op je weg komt een goed leven te leiden en naar vermogen een bijdrage te leveren. Vitalo is gekozen uit een berg inzendingen: zilvervossen, grijzigers, WZEB-ers (We Zijn Er Bijna), jouderen, veeljarigen, medioren, nestors, rimpelridders, doorlopers … en dan hebben we ook nog de mokka (mondige oudere, kapitaalkrachtig en actief.) De strijd ging uiteindelijk tussen jops (jongere/jeugdige oudere personen) en vitalo’s.

Heb ik dan een beter alternatief dan aanstellerige, lollige benamingen? Nee!

Willen en kunnen we wel onder ogen zien dat we oud zijn of aan het ouder worden zijn en dan gewoon oud en oudere zijn? Eventueel met een nadere aanduiding erbij. En zonder ‘knip’ naar oudere oudere vanaf je tachtigste. Wordt het geen tijd dat we meer aandacht gaan besteden aan ‘pensioen moet je doen!’ in plaats van het te voorzichtige, vrijblijvende ‘probeer er toe te doen, ook al bent u met pensioen’. En dan gewoon als ouderen? Kom op zeg, aan de bak!

 

Een blog van Anjo Geluk-Bleumink, voorzitter van de Denktank 60+ Noord, een (netwerk)organisatie die uitsluitend met vrijwilligers werkt.   Augustus 2021

 

Plaats een reactie
Reacties